Opleidingen MBO

Als je met het mbo-binnenvaartonderwijs begint ben je misschien al matroos geworden op een maritieme vmbo-opleiding. Maar je kunt ook aan een carrière in de binnenvaart beginnen na een aantal jaren ‘gewone’ vmbo of na je havo of vwo. Binnen twee jaar ben je dan matroos niveau 2 en aan het einde van de mbo-opleiding schipper niveau 3 of kapitein/manager niveau 4 (afhankelijke van de opleiding die je doet). Een volgende stap is werken of een vervolgstudie op een hbo. Met mbo niveau 4 kun je alle kanten op. Het is een erg brede opleiding waarbij je ook op kantoor aan wal kunt werken. Binnen het mbo zijn er twee leerwegen, de Beroeps Begeleidende en de Beroeps Opleidende Leerweg.

BBL (Beroeps Begeleidende Leerweg)

Een Beroeps Begeleidende Leerweg (mbo-niveau) houdt in dat je een opleiding doet die deels op school wordt verzorgd, maar daarnaast voor een groot deel door de praktijk wordt gevormd. In de binnenvaart is de BBL zodanig ingericht, dat je een aantal weken aan boord bent, waarna je één, twee of drie weken op school zit om de theoretische kant van het beroep aan te leren.

In de BBL kennen we drie mbo niveaus: niveau 2, 3 en 4. Iemand die een opleiding doet om matroos te worden, volgt een twee jaar durende opleiding. Deze opleiding wordt gegeven op niveau twee. Na de opleiding matroos kun je verder naar het niveau drie (schipper binnenvaart) of niveau vier (kapitein/ manager binnenvaart). Het verschil tussen niveau drie en vier is dat de niveau vier leerling de school verlaat met het ondernemersdiploma. Dit diploma is vereist om een eigen binnenvaartonderneming te mogen starten. Uiteraard is het ook mogelijk om direct in de niveaus drie en vier in te stromen. Op de websites van de diverse scholen staan de toelatingseisen.

BOL (Beroeps Opleidende Leerweg)

Deze mbo-richting wordt voor het grootste deel op school verzorgd. Een 5-daagse schoolweek dus, waarbij je tussendoor stage loopt om de praktijk te leren.

De BOL in de binnenvaart wordt verzorgd op de niveaus drie en vier. De niveau drie leerling behaalt na afronding met gunstig resultaat zijn schippersdiploma. De niveau vier leerling behaalt het kapiteinsdiploma. Dat is het schippersdiploma plus het ondernemersdiploma dat je nodig hebt om een eigen onderneming te kunnen starten. Bovendien word je dan breed opgeleid in transportkunde, logistiek, verzekeringen, financieringen, bevrachting en nog een aantal bedrijfstakgerelateerde aspecten. Management krijgt hier ook brede aandacht.


Schriftelijke opleiding

Naast de bovengenoemde mbo-opleidingen bestaan er ook nog mogelijkheden om afstandsonderwijs te volgen. Je volgt de schriftelijke opleiding geheel aan boord en hebt de mogelijkheid om op een aantal zaterdagen college te volgen.

Je begint met de cursus “aspirant schipper”. Indien je binnen 2 jaar slaagt voor alle examens, dan ontvang je het diploma ‘Aspirant schipper”. Voorheen kreeg je na 150 vaardagen de aantekening “matroos” in je dienstboekje (dit is een verplicht, persoonlijk document voor alle binnenvaartbemanningsleden waarin je vaartijd wordt vastgelegd), dit is echter niet meer het geval. Hiervoor is het Praktijkexamen Matroos in de plaats gekomen. Ook als je slaagt voor Praktijktoets 1 van het Praktijkexamen Schipper en in het bezit bent van zestig dagen vaartijd en het diploma Aspirant schipper kun je de functie Matroos laten bijschrijven.

Om verder te studeren voor schipper kan een cursus AB (Alle binnenwateren), RKM (Rivieren/Kanalen/Meren) of Rijnvaart worden gevolgd. Bekijk hier de mogelijkheden op de website van het CBR.

Voor na- en bijscholing en het verkrijgen van bijvoorbeeld ADNR-certificaten (voor het vervoer van gevaarlijke stoffen) of het AOV (Algemene Ondernemers Vaardigheden) diploma zijn schriftelijke cursussen mogelijk.