Bij Heineken gaat het over water

Om de bereikbaarheid van de brouwerijen voor tientallen jaren veilig te stellen, is voor Heineken vervoer over water vanzelfsprekend. Aanvankelijk was duurzaamheid van vervoer over water een welkome bijkomstigheid. Inmiddels is het duurzame karakter van de binnenvaart een bepalende factor voor het containervervoer bij Nederlands grootste brouwer.

“Er is een geweldige drive om duurzaam te zijn. Alleen wat per se over de weg moet, gaat over de weg. De rest moeten we anders oplossen”, aldus Fred Holvast, logistiek manager van Heineken. De verlader is medeverantwoordelijk voor twee succesvolle waterterminals. Ze worden daarom ook wel Heineken-terminals genoemd, maar dat is niet terecht. Het zijn openbare inland terminals waarvoor Heineken bij de start wel heel belangrijk was als ‘launching customer’. Onomwonden: “We willen voorop lopen. Het is fijn om te werken bij de beste.”

De terminal in Den Bosch is al jarenlang een succes, de inland terminal ‘Alpherium’ bij Alphen aan den Rijn startte 1 oktober 2010. Er varen nu vijf schepen op deze nieuwe verbinding, die drie à vier afvaarten per dag bieden. De verwachting is dat het aantal ingezette schepen op korte termijn zal verdubbelen.

De terminal is een wonder op zich. Tien jaar geleden werd het nog voor onmogelijk gehouden dat een dergelijke grote terminal zo dicht bij de Rotterdamse haven ook maar de geringste kans op succes zou hebben. Heineken schreef eind negentiger jaren samen met de provincie Zuid-Holland een prijsvraag uit: Wie wilde de geplande terminal bij Alphen gaan exploiteren? De Rotterdamse vervoersonderneming Van Uden Group stak z’n nek uit. “We zijn Van Uden enorm erkentelijk”, aldus Fred Holvast. Van Uden is optimistisch. Volgens Marnix Vos, operational manager bij Van Uden en verantwoordelijk voor het Alpherium, is de terminal een goed alternatief voor het vastlopende vrachtverkeer over de weg. “Met schepen hoef je geen uren in de file te staan. De prijs van wegvervoer zal omhoog gaan, zeker als het vrachtverkeer over de weg vroeg of laat met rekeningrijden wordt geconfronteerd. En dan is er nog de eis van het Havenbedrijf Rotterdam om 45 procent van het achterlandvervoer van containers per binnenschip te vervoeren. Dat geeft de binnenvaart een voorsprong.”

In 1995 was streven naar duurzaamheid niet aan de orde. “In de logistieke wereld had de binnenvaart toen geen goed imago”, zegt Fred Holvast. “Maar wij zagen wel dat de binnenvaart een uitstekend alternatief is voor de container die vaak in Rotterdam nog een week staat te wachten.” Fred Holvast heeft een heldere visie op logistiek: “Hoe doe je het morgen? Een brouwerij gaat dertig tot vijftig jaar mee en over dertig jaar ben je ook verantwoordelijk voor de logistiek van die brouwerij. In de mindset is bij veel grotere bedrijven de knop al lang om en gezocht wordt naar de optimale belading om zo veel mogelijk leegkilometers te voorkomen. Streven naar duurzaamheid werkt als een vliegwiel. Efficiency levert duurzaamheid op, want hoe minder lege kilometers je rijdt, hoe minder diesel je verbruikt. Binnen Heineken is iedereen enthousiast om dingen duurzaam te doen. Aan het eind van de dag gaat het om de smaak, maar het imago van ons bier moet ook positief zijn.”